MBO Raad wil publieke opdracht voor onderwijs aan volwassenen

04 juli 2024

De mbo-scholen hopen een grotere rol te kunnen gaan spelen bij het bijscholen van volwassenen. Het nieuwe kabinet moet de scholen daarvoor een publieke opdracht geven, schrijft de MBO Raad in brieven aan de nieuwe bewindspersonen.

In de brieven maakt Adnan Tekin, voorzitter van de MBO Raad, duidelijk dat de publiek bekostigde mbo-scholen optimaal geëquipeerd zijn om een grote rol te gaan spelen bij het onderwijs aan volwassenen. Zij beschikken over alle ervaring die nodig is om naast jonge studenten ook volwassenen op te leiden tot de vakmensen waar de Nederlandse maatschappij zo’n behoefte aan heeft. Maar het wordt de mbo-scholen op dit moment feitelijk onmogelijk gemaakt om deze rol te spelen, omdat dit onderwijs direct als privaat en commercieel wordt gezien.

Weeffout
Volgens Adnan Tekin is hier sprake van een weeffout. De publieke scholen zouden hun infrastructuur moeten kunnen inzetten voor het maatschappelijk belang van onderwijs aan volwassenen. Daartoe zou het kabinet de scholen een specifieke publieke opdracht moeten geven deze taak uit te voeren, inclusief bijbehorende middelen.

Leerrechten
Het is niet de eerste keer dat de MBO Raad hengelt naar een publieke opdracht voor leven lang ontwikkelen. Of het nieuwe kabinet kan voldoen aan deze wens, is nog maar de vraag. In het hoofdlijnenakkoord en de financiële bijlage zijn geen middelen gereserveerd voor leven lang ontwikkelen. Om hiervan een succes te maken zijn structureel vele miljarden nodig.

Staatssecretaris
Opmerkelijk is overigens dat uit de portefeuilleverdeling van het nieuwe kabinet blijkt dat de verantwoordelijkheid voor leven lang ontwikkelen niet bij de minister van Onderwijs (Eppo Bruins) is belegd, maar bij de staatssecretaris voor funderend onderwijs (Mariëlle Paul). Eppo Bruins heeft zich in het verleden een groot voorstander getoond van leerrechten voor volwassenen. De uitvoering van dit soort plannen is echter in het kabinet primair de verantwoordelijkheid van Mariëlle Paul.

Bron: MBO-today