Beroepsbeeld: waar werk je en wat doe je?
MBO-introductieprogramma Doktersassistent klassikaalGeeft vrijstelling bij MBO Doktersassistent
Overweeg je de klassikale MBO-opleiding Doktersassistent te gaan volgen, maar wil je eerst nader kennismaken met de opleiding? Kies dan voor dit klassikale MBO-introductieprogramma. Je volgt een groot deel van de modules uit het eerste jaar van de volledige MBO-opleiding. Wil je na het introductieprogramma doorstromen naar de volledige MBO-opleiding? Dan krijg je vrijstelling voor de met succes afgeronde modules.
In het MBO-introductieprogramma Doktersassistent leer je o.a. over het beroep, de dagelijkse werkzaamheden, EHBO en het omgaan met patiënten.
De klassikale bijeenkomsten (bij de dagopleiding 1 x per 4 weken, bij de avondopleiding 1 x per 2 weken) vormen de kern van de opleiding en garanderen een regelmatig studieritme. In kleine groepen ga je intensief aan de slag. Je krijgt extra uitleg over de lesstof, werkt samen met medestudenten en oefent je vaardigheden in praktijksituaties. In de tussenliggende weken studeer je thuis met intensieve begeleiding via internet. Ook maak je gebruik van de nieuwste online studietools die ervoor zorgen dat je overzicht behoudt en efficiënt studeert.
Heb je interesse in deze opleiding? vraag informatie aan
Opleidingsinhoud
De opleiding bestaat uit de volgende onderdelen.Basiskennis doktersassistent
Alle organisatorische en administratieve taken van een doktersassistent in een huisartsenpraktijk komen aan de orde. Denk bijvoorbeeld aan het maken van afspraken, het medisch dossier, archivering (fysiek en digitaal), de financiële administratie, voorraadbeheer en een noodscenario.
Anatomie en fysiologie
Je doet basiskennis op over (het functioneren van) het menselijk lichaam. Onderwerpen die aan bod komen, zijn cytologie, het skelet, spieren en gewrichten, bloed en immunologie, circulatie, ademhaling, spijsvertering, het zenuwstelsel en het hormoonstelsel, het urogenitaal stelsel, de huid en zintuigen.
EHBO en verbandkunde
Kennis van EHBO is onmisbaar voor een doktersassistent. Het kan immers voorkomen dat patiënten acuut eerste hulp nodig hebben. Bijvoorbeeld wanneer iemand een bloedneus heeft, een gat in het hoofd of een epileptische aanval. Wanneer de dokter nog bezig is met een andere patiënt, is het aan de doktersassistent om het voor de patiënt zo comfortabel mogelijk te maken tot hij geholpen kan worden.
Triagemethodieken
De meeste klachten waarvoor patiënten contact opnemen met de huisartsenpraktijk vereisen geen spoedeisende hulp. En als er sprake is een spoedeisende vraag, dan is het essentieel om de triage goed uit te voeren. Daarom leer je in deze module over de methodes die je kunt gebruiken om de juiste informatie te krijgen en de juiste inschatting te maken. Daarbij komen handvatten aan bod, zoals het ABCDE-denken, het werken met toestandsbeelden en andere inzichten uit de traumatologie.