Beroepsbeeld: waar werk je en wat doe je?
Als medisch pedicure werk je uiteraard in de gezondheidszorg. Je hebt meestal een eigen praktijk, maar kan ook werken in dienst van een ziekenhuis of zorginstelling.Alles draait bij jouw werk om het verzorgen van voeten. Een cliënt meldt zich bij jou voor het voorkomen of oplossen van voetkwalen. Je luistert goed naar de wensen van je cliënt, stelt een diagnose en bedenkt een passende behandeling. Het kan bijvoorbeeld zijn dan je eelt verwijderd of likdoorns, of voert zoals het verwijderen van eelt, likdoorns maar ook het knippen of lakken van de nagels of het geven van een voetmassage.
Maar het kan ook dat je specialistisch behandelingen moet toepassen, waarbij je gebruik maakt van uiteenlopende technieken en materialen. Je doet onder meer een voetscreening of anamnese. De specialistische behandelingen zijn over het algemeen gericht op het voorkomen van voetproblemen of het verzachten van de pijn die eruit voortkomt.
Daarnaast adviseer je patiënten en verkoopt hen de producten die zo nodig hebben. Ook geef je nu en dan voorlichting - bijvoorbeeld in de vorm een presentatie - over je beroep. Daarbij tref je verschillende doelgroepen.
Tevens ben je verantwoordelijk voor de totale bedrijfsvoering. Je doet marktoriëntatie, ontwikkelt beleid, werft personeel en zet het bedrijf ‘in de markt’. Tenslotte begeleid je de werknemers van de praktijk. Je bent dan ook niet alleen voor je eigen werkzaamheden verantwoordelijk, maar ook voor die van hen.
Bij alles wat jij en je werknemers doen, moet je zorgen dat de code voor Voetverzorgingsbedrijf wordt nageleefd.
Opleidingsinhoud
Tijdens de opleiding leer je alle belangrijke aspecten op het gebied van voetverzorging. Hoe herken je een risicovoet en hoe behandel je deze? Een risicovoet kan o.a. ontstaan door diabetes, reuma of verlammingen. Ook leer je tijdens de opleiding medisch pedicure de belangrijke kanten van het zelfstandig ondernemen. De opleiding bestaat uit zowel theorie als praktijk.Toelatingseisen: wat heb je nodig?
Een mbo-opleiding op niveau-4 heet een middenkaderopleiding. Je studie duurt 3 of 4 jaar, dit verschilt per opleiding.De toelatingseisen zijn voor een middenkaderopleiding iets anders dan voor mbo-opleidingen op de andere niveaus:
- je hebt een diploma vmbo kaderberoepsgerichte leerweg, vmbo theoretische leerweg, mavo, mavo-vbo of vmbo gemengde leerweg;
- je hebt een diploma van een vakopleiding, dus mbo niveau 3, is meestal voldoende voor een mbo-studie op niveau 4;
- je hebt een basisberoepsopleiding (mbo niveau 2) gedaan. (je kan dan bij sommige scholen beginnen aan een middenkaderopleiding);
- een overgangsbewijs van de derde naar de vierde klas havo of vwo. (sommige scholen willen dat je een havodiploma hebt voor een mbo-opleiding op niveau 4, maar dat verschilt per school. Informeer hiernaar bij de school).
Kosten
Binnen het beroepsonderwijs wordt onderscheid gemaakt tussen les- en cursusgeld. Vanaf je 18e ben je verplicht dit te betalen. Naast deze kosten krijg je te maken met schoolkosten, zoals boekenkosten, reiskosten etc. Deze bijdrage verschilt per school.- Voltijd MBO (BOL):
Neem voor mogelijkheden m.b.t. studiefinanciering contact op met DUO.
- Deeltijd MBO (BBL):
Volg je een vak-, middenkader- of specialistenopleiding niveau 3 en 4 (vak-, middenkader- en specialistenopleiding) dan is het lesgeld voor 2024/2025 € 715,-.
Het wettelijk les- en cursusgeld wordt jaarlijks geïndexeerd.